donderdag 1 oktober 2015

Uiensoep


Een tweede soepje op mijn blog! Mijn tomatensoep is oud en vertrouwd, maar deze uiensoep is gloednieuw en heel erg smakelijk. Ik geloof niet dat ik al ooit eerder uiensoep zelf had gemaakt. Maar ik was er nieuwsgierig naar, dus ging ik aan de slag. Wat mijn startpunt dan is, is eerst wat rondkijken in mijn kookboeken of rondsurfen op het net. Ik kijk dan wat me aanstaat en ga af op combinaties die ik zelf smakelijk vind. Ik pas verhoudingen en hoeveelheden regelmatig aan. Meestal loopt dat goed af. Gelukkig. Het uiensoepje is qua hoeveelheid goed voor 8 kommen soep. Laat je niet afschrikken door de lijst van benodigdheden. Het zijn vooral smaakmakers. Het maken van de soep is niet ingewikkeld, mede omdat ik de verhoudingen al heb uitgedokterd voor je. Om te beginnen moet je alle uien snijden, ik snij een ui 1 keer door zodat de ui stabiel ligt op mijn snijplank. Dan moet je dunne halve ringen snijden. En misschien moet je een beetje huilen, maar dat geeft niets hoor. Verman jezelf en pak een grote pan. De boter en olie in de pan, de uien erin. Knoflook persen en erbij doen. De suiker en honing toevoegen. Een kwartier zachtjes laten pruttelen, regelmatig roeren. De kerrie en komijn zijn aan de beurt, net als de bloem. Ik doe dat door een zeef. Ik word er altijd blij van als ik geen klontjes krijg namelijk. Goed blijven roeren, de bloem moet wat verkleuren/ garen voor je de kruidenbouillon (1,5 liter heet water met 1,5 tablet bouillon) erbij kan schenken. Doe dat in etappes. Dan vermengt de bloem gelijkmatig (inderdaad, we willen geen klontjes). Je verse groene kruiden wassen en aan elkaar vastmaken met een touwtje. Zo heb je een bouquet garni. Klinkt deftig toch? Dit bosje kruiden hang je dus in je soepje en maak je vast aan het handvat. Ook de soja saus en de port mogen meedoen in dit feestje. De mosterd eerst apart in een bakje met een paar eetlepels van de soep mengen, waarna het bij de rest van de soep mag. Weer ongeveer een kwartier zachtjes laten koken. Het bouquet garni mag eruit gevist worden. Proef dan eens en kijk wat je wilt toevoegen aan peper en zeezout. Het vuur uit doen als je tevreden bent. Dat is het moment om de slagroom erin te doen. Laat de slagroom wennen aan de warme soep, door eerst wat lepels soep bij de slagroom te doen (zelfde trucje als bij de mosterd, om schiften te voorkomen). In een ander pannetje de spekjes uitbakken (zonder olie of boter). Ik heb het grootste deel door de soep geroerd toen ze mooi knapperig waren en een beetje achtergehouden om bij het stokbroodje met de kaas te hebben. Maar niet alles tegelijk...
Als je eters hebt die vegetarisch zijn, kun je voor het toevoegen van de spek wat soep apart houden. Als je de soep wilt gaan serveren, dan maak je voor elke kom soep een snee stokbrood. Die besprenkel je met kruidenolie (zie recept op mijn blog) en rooster je in een pannetje zonder boter. Als je het brood niet eerst roostert, wordt het veel te zompig en zinkt het vermoedelijk. De warme soep in kommen doen die in de oven mogen. Stokbrood erin, eventueel spekjes en de geraspte kaas erover. Ik hou van lekker veel kaas, maar doe wat jij goed vindt. De oven moet op 200 graden staan. Met 5 minuten heb je een heerlijk soepje. Je kunt eventueel wat extra broodjes met kaas maken en die op een bakblik met bakpapier leggen. Dan kun je mooi als je halverwege bent, nog een nieuw broodje in je soep doen!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten